In 1987 werd Payoke opgericht te Antwerpen. Payoke was de eerste NGO tegen mensenhandel in Europa. Sindsdien heeft Payoke een lange weg afgelegd. Mensenhandel is een complex en immer veranderend fenomeen; de mensenhandelaars vinden nieuwe en efficiëntere methoden om hun slachtoffers uit te buiten en onder de radar te opereren.
We blijven onze diensten en initiatieven evalueren, verfijnen en verbeteren. We zijn vastbesloten om zowel efficiënt als effectief te handelen en daarenboven de nodige creativiteit en vindingrijkheid aan de dag te leggen om aan de uitdagingen van de toekomst het hoofd te bieden.
In 1987 werden prostituees, ongeacht hun afkomst of arbeidsomstandigheden, niet serieus genomen. Prostitutie werd beschouwd als een ``beroep`` en niemand was geïnteresseerd in de verhalen achter die vrouwen. De dwingende factoren die leidden tot de afschuwelijke omstandigheden waarin deze vrouwen en meisjes gedwongen werden te leven, trokken wél de aandacht van Patsy Sörensen, toen een leraar en kunstenares met een diep politiek engagement in haar buurt. Ondanks de vooroordelen, tegenstand, hindernissen en zelfs fysieke bedreigingen waarmee ze op het punt stond geconfronteerd te worden, realiseerde Patsy zich dat er iets moest gebeuren en dat deed ze dan ook, midden in de Antwerpse ``rosse buurt``, het zogeheten Schipperskwartier.
Aanvankelijk bood ze prostituees hulp aan in de vorm van een kamer in haar privéwoning, waar ze een kopje koffie zouden drinken in een gezellige, huiselijke omgeving. Daar konden ze ontspannen, openlijk praten en kon er vooral naar hen geluisterd worden. De eerste NGO in Europa die prostituees helpt en revalideert, werd in 1987 geboren aan een Antwerpse keukentafel.
Aanvankelijk bood Payoke enkel praktische ondersteuning. Patsy gaf de meisjes een toevluchtsoord in haar eigen huis, terwijl ze moeite had om hen enige soort van erkenning te geven als slachtoffer van uitbuiting en mensonwaardige behandeling. Toen ze ontdekte dat deze meisjes slechts pionnen waren in grotere criminele netwerken, richtte ze zich op een nieuwe holistische aanpak, waarbij ze professionele psychologische en sociale begeleiding, bescherming, anonimiteit en juridische bijstand aanbood met als uiteindelijke doel de daders voor de rechter te kunnen brengen.
In 1992 onthulde de Belgische onderzoeksjournalist Chris de Stoop in een boek getiteld ``Ze zijn zo lief, meneer`` aan de Belgen dat er in hun achtertuin een afschuwelijke misdaad bestond die gericht was op de uitbuiting van vrouwen en meisjes. Middenin de nationale verontwaardiging bleek de enige organisatie die zich met dit probleem bezighield een kleine NGO uit Antwerpen te zijn. Koning Boudewijn, geschokt door het idee dat er slaven in zijn land woonden, besloot om Payoke te bezoeken. Op deze manier kon hij het best laten zien dat hij deze problematiek zeer ernstig nam.
Eind 1993 reikten de lezers van Elga aan Patsy ``De Gouden Sanseveria`` uit. Vele beroemdheden woonden de ceremonie bij in het Astoria hotel in Brussel, waaronder Paula D'hondt, Nelly Maes, Vic Anciaux en Marijke Van Hemeldonck. Dit was een bewijs van de waardering voor al het pionierswerk dat Payoke de afgelopen jaren had verricht.
Patsy's werk wordt internationaal als een groot voorbeeld gezien en hierop reist ze naar de Filipijnen in opdracht van staatssecretaris Erik Derycke. Op dat moment in de geschiedenis vinden we in België veel slachtoffers terug met de Filipijnse nationaliteit. Ze ontmoet er lokale overheden en NGO's om daar samen te werken en vrouwenhandel te bestrijden.
Op basis van de conclusies van een parlementaire commissie ontstond er een nationaal beleid ter bestrijding van mensenhandel. Het beleid omvatte een gecoördineerde aanpak tussen de verschillende instanties, waarbij justitie, politie, sociale diensten en referentiecentra betrokken waren. Payoke benadrukte ook dat het belangrijk is dat slachtoffers een verblijfsvergunning krijgen om legaal in het land te verblijven wanneer hun uitbuiters worden onderzocht en berecht, en, indien mogelijk, zelfs daarna. Het zogenaamde ``Payoke model``, verspreid in een omzendbrief op 7 juli 1994, is sindsdien door andere landen overgenomen en wordt nu beschouwd als de 'best practice' aangaande wetgeving tegen mensenhandel in heel Europa.
België had tien jaar voor de reactie van Europa op het fenomeen al een multidisciplinair ondersteuningssysteem voor slachtoffers van mensenhandel ontwikkeld. Niet slecht voor wat begonnen was als een keukengesprek in het huis van Patsy Sörensen!
In 1994 en 1995 werd het mandaat van Payoke officieel verlengd, waardoor de organisaties als eiser konden optreden tegen de handelaars in gerechtelijke procedures.
In 1995 wordt Patsy verkozen tot schepen in Antwerpen. Haar nieuwe functie brengt veel verandering met zich mee voor Payoke aangezien ze haar functie als bestuurder moet neerleggen om belangenvermenging te vermijden. Positief is dan wel weer dat haar nieuwe rol zorgt voor een betere coördinatie met de lokale overheid.
In 1996 is de discussie rond prostitutie in Antwerpen hoog opgelaaid. Payoke staat midden in de vuurlinie en probeert een bemiddelende rol te spelen tussen buurtbewoners, prostituees, politici en handelaars. De dramatische gebeurtenissen van de Dutroux-affaire waren de bevestiging van de bestaansreden van de organisatie.
In januari 1998 verschijnt in The Bulletin, het Brussels weekblad, een artikel over Payoke. Onmiddellijk leren ook de Engelstaligen van onze hoofdstad 'Patsy, de vriend van de prostituees' kennen. Het is de aanloop naar een bewogen jaar waarin de moeilijkheden niet min zijn. Payoke viert de tiende verjaardag van zijn officiële oprichting. Tijdens een persconferentie stelt de vereniging een beleidsplan voor om de prostitutieproblemen in het schipperskwartier op te lossen.
In 1999 treedt Patsy af als schepen van de stad Antwerpen en treedt zij toe tot het Europees Parlement. Dit zorgt ervoor dat ze nu haar functie als voorzitster van Payoke kan hervatten. Dit betekent een grote steun voor de vereniging op een moment dat er een open confrontatie met criminele netwerken plaatsvindt. Patsy stelt de problematiek rond gedwongen huwelijken aan de kaak, wat zorgt voor allerhande vormen van intimadatie vanuit de criminele wereld. Uiteindelijk moet Patsy, op aanbevelen van de politie, een kogelvrij vest aan om buiten te komen en wordt haar huis bewaakt.
In januari 2000 organiseert Payoke een receptie voor leden van het Europees Parlement. Voor de meesten van hen zal dit het eerste directe contact zijn met slachtoffers van mensenhandel. Het is een belangrijke koerswijziging voor rapporteur Patsy Sörensen, aangezien de besprekingen in de commissie voor vrouwenrechten veel gemakkelijker kunnen worden gevoerd. Haar ontwerpverslag wordt ingediend op de plenaire vergadering van het Europees Parlement in Straatsburg op 13 april, dewelke uiteindelijk zal leiden tot een Europese richtlijn.
In datzelfde jaar lanceert Payoke het ``Koffieproject``, waarbij slachtoffers van mensenhandel, onder toezicht om hun veiligheid te garanderen, andere kansarmen kunnen ontmoeten met een tas koffie, om sociale interactie en solidariteit te bevorderen.
De organisatie krijgt internationale erkenning en neemt deel aan talloze internationale evenementen. Op Europees niveau pleit Payoke voor nauwe samenwerking en harmonisatie van de immigratie- en strafwetgeving. Payoke neemt deel aan twee door de EU gefinancierde DAPHNE-projecten. Het maakt ook deel uit van de Belgische delegatie naar de Verenigde Naties voor de bespreking van het Beijing +5 proces.
De toespraak van Koning Albert tot de regeringen van het land in januari 2001 gaat volledig over mensenhandel. In zijn toespraak herinnert hij aan de artikelen van Chris De Stoop die aanleiding gaven tot een bezoek aan Payoke. De Koning zegt onder meer: 'Laten we de criminele maffiabendes die de mensenhandel, de drugshandel, de wapenhandel en het witwassen van geld organiseren efficiënt bestrijden. Dit geldt ook voor de Albanese maffia, die volgens de Senaatscommissie bijzonder wreed en meedogenloos is. De woorden van de koning betekenen zeer veel als morele steun voor alle Payoke-medewerkers en een waardering voor de moeilijke omstandigheden waarin zij moeten werken.
Payoke is de laatste jaren actief in de strijd tegen het fenomeen ``loverboys``, of tienerpooiers. Tienerpooiers jagen op jonge, vaak kwetsbare, meisjes en doen hen geloven dat zij verliefd op hen zijn om hen daarna op die manier in de prostitutie te lokken. Om deze meisjes zo ver te krijgen gebruiken ze naast hun charmes ook veel cadeautjes en drugs. Payoke werkt samen met gouvernementele en niet-gouvernementele partners om het onderwerp meer op de voorgrond te brengen. Van essentieel belang in het kader van deze problematiek is volgens ons en vele andere partners dat we werk maken van een speciaal opvangcentrum, ``shelter``, voor de slachtoffers in België.
Met de serieuze toename van migranten die naar Europa reizen, worden ook de uitdagingen van migratie gerelateerde mensenhandel steeds groter.
Er komt meer nadruk op mensenhandel met het oog op economische uitbuiting. Het aantal personen in onze begeleiding dat economisch is uitgebuit, groeit. We zien hetzelfde bij de andere centra in België en onze buurlanden. Bepaalde sectoren lijken specifiek gevoelig voor economische uitbuiting van met name migranten.
In de zomer van 2022 werd de grootste mensenhandelzaak in Europa (sinds de Tweede Wereldoorlog) ontdekt. Op een bouwwerf van Borealis in de Antwerpse haven werden 70 mannen uitgebuit. Vlak na deze ontdekking kwam er nog een tweede zaak bovendrijven op een werf van BASF met 26 mannen.
Zaken van dergelijke grootte waren nog niet eerder voorgekomen en vormen een specifieke uitdaging aangezien de opvangvoorzieningen niet ingericht zijn om zulke aantallen slachtoffers ineens op te vangen. Payoke heeft de eigen middelen aangewend om zo snel mogelijk opvang voor slachtoffers te voorzien, zodat zij uit de mensonwaardige huisvesting van hun uitbuiter konden.
Tegelijk is er uiteraard ook begeleiding nodig voor deze slachtoffers en zoals altijd willen we die persoonlijk inrichten. Een uitdaging met dergelijke aantallen. Payoke moet de werking de komende jaren opschalen om deze slachtoffers te kunnen blijven begeleiden, maar ook omdat dit niet de laatste grote zaak lijkt. De aantallen aanmeldingen blijven namelijk stijgen.